Wij zijn NRIT
Login

Dossiers

Duurzaam uitgaand toerisme

2014 - Heden

IMVO-convenant

IMVO-convenant

In 2014 kwam KPMG in opdracht van de Nederlandse regering in het kader van de uitvoering van Nederlands Nationaal Actieplan bedrijfsleven en Mensenrechten met een “Sector Risico Analyse” (SRA) van 13 verschillende bedrijfssectoren. Dit onderzoek vormde een startpunt voor deze sectoren om onder leiding van de SER de zogenaamde “Internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen” convenanten (IMVO) te ontwikkelen.

IMVO-convenanten zijn een samenwerking tussen bedrijven, overheid, vakbonden en maatschappelijke organisaties. Samen gaan ze aan de slag om misstanden zoals uitbuiting, dierenleed of milieuschade te voorkomen. De convenanten worden per sector afgesloten. Met IMVO-risicomanagement voldoen bedrijven aan regels vastgelegd in de UN Guiding Principles on Business and Human Rights en de OESO-richtlijnen en aan de vragen uit de maatschappij.

Toerisme

Hoewel toerisme niet één van de 13 sectoren in het SRA-rapport was, om de eenvoudige reden dat toerisme geen Kamer van Koophandel sectorcode heeft, zag de ANVR in 2014 de mogelijkheid om een IMVO-convenant voor de toeristische sector te ontwikkelen. Binnen het MVO-toerisme netwerk heeft toen de werkgroep 'impactmeting' zich beziggehouden met de mogelijke ontwikkeling van een IMVO-convenant. De eerste fase zou bestaan uit het uitvoeren van 'risicoanalyses' op meerdere bestemmingen, waarbij de specifieke risico's van de gekozen bestemmingen worden benadrukt. Het oorspronkelijke doel was om meerdere pilotstudies uit te voeren, waaronder één in Indonesië en één in Suriname. Uiteindelijk is alleen in Suriname een pilotproject voor een IMVO-beoordeling goedgekeurd, waarbij in 2016 veldwerk heeft plaatsgevonden. Het project stond onder leiding van de ANVR, adviesbureau CREM en een lokaal adviesbureau. Hoewel het project inzicht gaf in mogelijke effecten, waren er geen harde gegevens of concrete metingen om IMVO-problemen met mogelijke positieve of negatieve effecten aan te geven.

Als een door de sector geleid initiatief maakte de afwezigheid van politieke belangstelling voor uitgaand toerisme het moeilijk om financiële steun te krijgen. In tegenstelling tot andere sectoren die werkten aan IMVO-convenanten, stond het toerisme onder leiding van een zelfsturende werkgroep. Terwijl MVO Nederland een ondersteunende en faciliterende rol kon bieden, was er niet genoeg tijd en geld voor een sturende rol voor de werkgroep. In 2017 kwamen verschillende stakeholders, waaronder overheid, onderwijsinstellingen, NGO's en branchegenoten, bij elkaar om een mogelijk IMVO-convenant te bespreken. In haar brief aan de Tweede Kamer van 26 maart 2019 meldde minister Kaag dat het ministerie van Buitenlandse Zaken uitvoerig met de reisbranche had gesproken over de toegevoegde waarde van een IMVO-convenant voor de toeristische sector. Op 19 maart 2019 heeft de brancheorganisatie ANVR haar stakeholders geïnformeerd dat het die toegevoegde waarde onvoldoende achtte, omdat er al relevante stappen werden gezet met betrekking tot het implementeren en naleven van de OESO-richtlijnen en er een constructieve samenwerking met maatschappelijke organisaties bestond. Via de internationale Travelife certificering monitort de ANVR de voortgang van het integreren van OESO-richtlijnen. Hierover is periodiek overleg met het ministerie van Buitenlandse Zaken. Ook werkt de branche samen met het ministerie van Justitie en Veiligheid inzake het bevorderen van mensen- en kinderrechten in toerisme. De minister van Justitie en Veiligheid heeft daarnaast reeds diverse campagnes opgezet omtrent bewustwording over toerisme en seksuele uitbuiting van kinderen.

Voorgesteld werd om een IMVO-convenant als samenwerking tussen de ANVR en de overheid te blijven onderzoeken, zonder andere belanghebbenden. Door een gebrek aan enthousiasme bij de overheid, het ministerie van Buitenlandse Zaken, en onduidelijkheid over de rol en bijdrage van de overheid plus de verwachting dat een flinke financiële bijdrage van de ANVR nodig zou zijn werd dit idee verworpen. In 2020 werd door het College voor de Rechten van de Mens in haar evaluatie de Nederlandse IMVO Convenantenaanpak als onvoldoende beoordeeld: er zou meer aandacht nodig zijn voor de minimumeisen waaraan Convenanten moeten voldoen en voor de sectoren die (nog) geen convenant hebben.

Nederlandse deelname aan Roundtable Human Rights in Tourism

De ANVR is (naast Defence for Children-ECPAT Nederland) sinds 2017 lid van de Roundtable Human Rights in Tourism en is zich samen met maatschappelijke organisaties blijven inspannen voor een IMVO-aanpak van mensenrechtenrisico’s in de toerismesector. De Roundtable functioneert als open netwerkorganisatie met het doel toeristische ondernemingen te ondersteunen in hun streven mensenrechten in het toerisme te eerbiedigen. Deelname aan activiteiten van de Roundtable staan open voor ANVR-leden. Een van de activiteiten is het ondersteunen bij het doen van mensenrechtenonderzoek in hun bedrijfsvoering met behulp van een web based praktijkgerichte tool voor Human Rights Impact Assessment (HRIA-tool) via workshops en webinars.